De opleiding Kraanmachinist Drijvende Overslagkraan 2 (KDO 2) biedt ervaren kraanmachinisten de mogelijkheid hun vakmanschap naar een hoger niveau te tillen en het diploma KDO te behalen. Deze verdiepende opleiding en vervolg op KDO 1 voorziet medewerkers van specialistische kennis en vaardigheden voor het veilig en efficiënt werken met een drijvende lemniscaatkraan. De opleiding is specifiek ontwikkeld voor kraanmachinisten die toe zijn aan de volgende stap in hun professionele ontwikkeling en reeds de opleiding KDO 1 met succes hebben afgerond.

Over de opleiding

Tijdens de KDO 2 opleiding wordt de technische kennis van de kraanmachinist verder uitgediept. De deelnemer krijgt diepgaand inzicht in de technische systemen van drijvende kranen en leert complexe overslagwerkzaamheden nog beter te beheersen. De opleiding richt zich op het optimaliseren van de kraanproductie en efficiëntie, waarbij veiligheid en risicomanagement centraal staan.

De opleiding behandelt een breed scala aan technische en praktische onderwerpen. De kraanmachinist krijgt uitgebreide kennis over stroomvoorziening en elektrotechniek, waarbij specifiek wordt ingegaan op elektromotoren, overbrengingen en generatoren. Ook komen hydraulische systemen en besturingsregelingen aan bod. De deelnemer leert alles over de bediening van remmen en de juiste interpretatie van instrumentatie.

Daarnaast wordt veel aandacht besteed aan de praktische aspecten van het kraanbedrijf. Dit omvat communicatie op drijvende kranen, het werken met verschillende typen bulkschepen, en technieken voor verschepen en afmeren. De kraanmachinist leert het kraanspel te perfectioneren en de cyclusproductie te optimaliseren. Stabiliteit en lastbeheersing zijn hierbij essentiële onderdelen. Tot slot wordt ingegaan op het onderhoud en beheer van de kraan, evenals de invloed van meteorologische omstandigheden op de werkzaamheden en de veiligheid aan boord.

De opleiding beslaat 3 delen:

• 4 theoretische trainingsdagen (2 x 2 lesdagen), die medewerkers op de laatste dag afronden met een examen en daarmee met een bewijs van deelname ontvangen met een geldigheid van 1,5 jaar. 
• het doorlopen van praktijkopdrachten en het hanteren van een logboek, onder begeleiding van de eigen mentor bij de werkgever.
• een praktijkexamen van een halve dag, waarna medewerkers in het bezit raken van een KDO diploma.